21 december 2018

Wie wat bewaart die heeft wat

De jeugd heeft de toekomst, en daarom kijk ik altijd met een mengeling van scepsis en bewondering naar alle pogingen om nieuw vrachtvervoer onder zeil te promoten.
De bewondering zit hem in de visie en passie die uit de initiatieven spreekt. De scepsis zit hem in de haalbaarheid.
Toch zijn er al reders die de radicale stap naar – gedeeltelijke – windvoortstuwing aandurven. De stimulans zit hem voornamelijk in regelgeving, volgensd uit het Verdrag van Parijs. Over de ideële motieven van de reders maak ik me vooralsnog niet heel veel illusies. Pas als het goedkoper wordt, gaan ze echt aan het werk. Gelukkig komt ook dat langzaam dichterbij.
Verschillende reders zijn al aan het experimenteren. Ik zie ontwerpen met grote Flettner-rotors voorbijkomen; een aantal wordt binnenkort te water gelaten. Al langer varen er schepen rond met skysails: reuzenvliegers, ook al zo’n tot de verbeelding sprekend idee. Het zonder twijfel meest bijzondere ontwerp: het hybride Vindskip, waarvan de romp de eigenschappen van een vliegtuigvleugel heeft en de hulpvoortstuwing op waterstof loopt, zou volgend jaar van stapel kunnen lopen. 
Door deze ontwerpen kan de zeilerij opeens wel weer superactueel worden. Dat heeft meerdere voordelen. De directe voor het milieu zijn evident, maar er is meer. Zeiltechniek wordt vet hip, lauw cool en cutting-edge, wat betekent dat het jongeren aantrekt, zowel ontwerpers en engineers als aan de ondernemers. Die willen straks vast zelf ook weer ouwerwets in een bootje het water op. Ook lijken me al die zeilen een veel vrolijker aanblik dan de rokende schoorstenen die je nu aan de horizon voorbij ziet trekken. En kun je bij windmolens nog spreken van twijfelachtige opbrengsten en een aanzienlijke milieubelasting in de vorm van hoge bouwkosten en forse landschapsvervuiling; ten opzichte van de huidige stand van zaken in de zeevaart brengen windschepen, in welke vorm ook, alleen maar voordelen met zich mee. Met name de bijna misdadige emissies kunnen er enorm mee teruggedrongen worden, zonder dat daar nadelen op andere terreinen tegenover staan.
Misschien de mooiste, maar ook grappigste ontwikkeling komt, zoals vaker, uit Japan. Daar hebben ze een innovatie bedacht waar Elon Musk nog een puntje aan kan zuigen.
Indachtig de traditie om alles te miniaturiseren komt de Japanse startup Everblue Technologies met een plan voor volledig zelfzeilende mini-LNG-tankers. Waarom? Omdat een waterstofcentrale het makkelijkst op zee te bouwen is, waar zonne-, wind- en thermische energie in voldoende mate voorhanden zijn. In de buurt van Japan zijn vulkanische warme bronnen waar zo’n centrale prima op kan draaien; moet alleen de LNG nog naar het vasteland.
Die zeiltankertjes van – slechts! – een meter of tien doen dat helemaal zelf, op basis van een computerprogramma dat rekening houdt met zo’n beetje alle denkbare variabelen, inclusief de aanlegmanoeuvres bij het docking station. Behalve de zeilen komen er gyroscopen aan boord die traagheidsnavigatie mogelijk maken, een ‘oude’ techniek van plaatsbepaling, maar nu met computerrekenkracht, die een gegist bestek oplevert dat niets te gissen overlaat. Oude kennis is ook kostbaar erfgoed.
De tankertjes zijn wel weer heel modern uitgerust met draagvleugels, die bij windkracht 4 à 5 een snelheid van 25 knopen mogelijk maken. In flottielje concurreren ze schaterlachend met de huidige mammoetjoekels.
Van dit soort berichten word ik erg blij.
Ze tonen aan dat zeilen niet enkel voor ouwe knarren is: als je maar zuinig genoeg bent op je erfgoed, komt er vanzelf een moment dat je weer voorop loopt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten